Het notoir inlichtingenvriendelijke sociale medianetwerk lijkt een verbod te hebben opgelegd op het plaatsen van een recent rapport van Kit Klarenberg, en beperkt automatisch gebruikers die zijn werk opnieuw publiceren.

Meerdere Facebook-gebruikers hebben gemeld dat ze zijn verbannen of dat hun berichten zijn gecensureerd, nadat ze een onderzoek van Kit Klarenberg van The Grayzone naar de betrokkenheid van de CIA en MI6 bij de oprichting van ISIS hadden gedeeld. Van lezers die links naar het stuk op het sociale netwerk plaatsen, wordt hun account geblokkeerd, op grond van het feit dat Facebook Klarenberg als een ‘gevaarlijk individu’ heeft geclassificeerd.

“Ik heb zojuist dit artikel van @Kit Klarenberg op Facebook gedeeld en het bericht werd onmiddellijk verwijderd”, schreef Ricky Hale, de oprichter van de populaire onafhankelijke linkse outlet Council Estate Media. In een Substack-artikel dat op 5 april werd gepubliceerd, schreef Hale dat “de pagina werd getroffen door beperkingen en mij werd verteld dat ik een bericht had gedeeld van een gevaarlijke persoon of organisatie.”

Hale kon alleen de controle over zijn Facebook-pagina, die meer dan 44.000 fans heeft, terugwinnen door de beheerdersrechten te verwijderen van de gebruiker die de pagina deelde – en dat is hij zelf.

Andere beperkingen die zijn opgelegd vanwege het delen van Klarenbergs werk zijn niet opgeheven, en zullen dat wellicht ook nooit worden. Hale zegt dat het hem is verboden de naam van de pagina te wijzigen, mensen uit te nodigen om lid te worden van de pagina of nieuwe Facebook-groepen te maken.

“Aangezien Facebook de zichtbaarheid van mijn pagina al had verminderd vanwege een nieuwe absurde overtreding, ga ik ervan uit dat mijn berichten onzichtbaar zullen zijn. Dit betekent dat een Facebook-pagina met 44.000 gebruikers nutteloos is geworden vanwege staatscensuur die is uitbesteed aan grote technologiebedrijven. Dit is niet hoe een vrije samenleving werkt.”

Het was niet de eerste keer dat Facebook een van zijn gebruikers censureerde voor het plaatsen van het artikel van Klarenberg. Uren van tevoren onthulde een andere gebruiker van sociale media dat het stuk slechts ‘seconden’ nadat het was gepost van haar Facebook-tijdlijn was verwijderd.

Dat een sociaal medianetwerk Klarenberg als een ‘gevaarlijk individu’ heeft bestempeld en pogingen om zijn onderzoeksjournalistiek bekend te maken onderdrukt, komt niet als een verrassing. Klarenberg werd eerder verbannen uit X, de ‘vrije meningsuiting-app’ van Elon Musk, omdat hij de gevoeligheden van zionistische gebruikers beledigde. En in het geval van Facebook wordt de Global Threat Intelligence-divisie van het bedrijf bemand door voormalige spionnen van de CIA, het Pentagon en de NSA.

Hoewel er weinig informatie over de divisie online te vinden is, is het bekend dat deze wordt geleid door Ben Nimmo, een voormalige NAVO-propagandist en alumnus van Integrity Initiative – een geheime informatieoorlogsoperatie van het Britse ministerie van Buitenlandse Zaken, zelf bemand door veteranen van de militaire inlichtingendienst. Frances Haugen, de inmiddels vergeten Facebook-klokkenluider die haar werkgevers voor het Congres hekelde omdat ze niet voldoende ‘inhoudsmatiging’ had geboden ten aanzien van buitenlandse ‘desinformatie’-bedreigingen, was eveneens afkomstig van Global Threat Intelligence.

Andere hoge posities bij de Global Threat Intelligence worden naar verluidt bezet door David Agranovich, ex-Pentagon-analist en inlichtingendirecteur van de National Security Council van het Witte Huis; Nathaniel Gleicher, voormalig hoofd cyberbeveiliging van de Raad en senior adviseur van het ministerie van Justitie voor computercriminaliteit en intellectueel eigendom; en Mike Torrey, die eerder werkte als cyberanalist bij de NSA en de CIA.

Agranovich en Torrey waren de belangrijkste auteurs van Facebook’s State of Influence Operations 2017-2020, een rapport waarin werd beweerd dat China, Iran en Rusland probeerden het sociale netwerk te bewapenen voor kwaadaardige doeleinden. De paper liet elke vermelding achterwege van westerse cyberoorlogsoperaties waarvan bekend is dat ze zich richten op sociale media, zoals de 77e Brigade van het Britse leger en de afdeling psychologische oorlogsvoering van het Pentagon. Maar uit recente rapporten blijkt dat dit precies de door de overheid gesteunde groepen zijn die zich het meest waarschijnlijk op westerse gebruikers van sociale media zullen richten.

In 2022 werd het ministerie van Defensie gedwongen om wat de reguliere media omschrijven als een ‘ingrijpende audit’ uit te voeren van zijn ‘clandestiene psychologische operaties’ nadat het Pentagon was betrapt en een netwerk van nepprofielen beheerde om propaganda over Rusland, China en Iran online te verspreiden. .

De Global Threat Intelligence-eenheid van Facebook ontdekte eerst de kwaadaardige activiteiten van het Amerikaanse leger, maar in plaats van ze te bestraffen, waarschuwde Facebook het Pentagon om zijn psychologische operaties beter te verbergen, zodat ze niet door anderen zouden worden ontdekt.

In september 2022 meldde de Washington Post:

“Agenten van Facebook en Twitter hebben contact opgenomen met het Pentagon om hun zorgen te uiten over de valse accounts die ze moesten verwijderen, omdat ze vermoedden dat ze banden hadden met het leger.”

De outlet schreef dat Agranovich van Global Threat Intelligence in de voorgaande maanden sprak met Christopher C. Miller van het Pentagon, destijds adjunct-directeur voor Special Operations/Low Intensity Conflict, die toezicht houdt op het beleid inzake beïnvloedingsoperaties. Agranovich had naar verluidt zijn tegenhanger gewaarschuwd: “Als Facebook ze zou kunnen opsporen, zouden Amerikaanse tegenstanders dat ook kunnen doen.” Een bron met kennis van de zaak zei tegen de krant: “Zijn punt was: ‘Jongens, jullie zijn gepakt. Dat is een probleem.'”

Volgens Klarenberg zou Facebook een dergelijke liefdadigheid echter niet verlenen, of zelfs maar een verklaring bieden voor het classificeren van een onderzoeksjournalist als een bedreiging voor de nationale veiligheid.

Bronnen: The Grayzone