Luister naar dit Artikel

Een nieuwe studie, “Evidence for Aerosol Transfer of SARS-CoV2-specific Humoral Immunity” toont aan dat gevaccineerde volwassenen een grotere kans hebben om SARS-CoV-2-infectie door te geven aan hun kinderen die in hetzelfde huishouden wonen. Onderzoekers van de Universiteit van Colorado ontdekten de aanwezigheid van SARS-CoV-2-specifieke IgG’s en IgA’s in uitstrijkjes van kinderen die bij “volledig gevaccineerde” ouders wonen. Kinderen die in niet-gevaccineerde huishoudens leven, hebben minder kans op SARS-CoV-2-specifieke antilichamen in hun neusgangen en speeksel. Dit bewijs toont aan dat niet-gevaccineerde kinderen specifieke immuunreacties kunnen ontwikkelen op de spike-eiwitten die gevaccineerde mensen via hun huid en in de lucht afstoten.

Bewijs voor virale shedding van covid-19 mRNA-vaccins

De auteurs van de studie veronderstellen dat de gevaccineerde volwassenen SARS-CoV-2-specifieke antilichamen door de lucht verspreiden en meer kans hebben om vernevelde bijproducten te verspreiden naar nietsvermoedende ‘gastheren’. Dit is het laatste bewijs dat de covid-19-vaccins de overdracht van persoon tot persoon van zelfreplicerende spike-eiwitten en andere besmettelijke nanodeeltjes veroorzaken. Dit zou de reden kunnen zijn voor de toename van SARS-CoV-2-specifieke antilichamen in de neusgangen en het speeksel van kinderen. In de traditionele vaccinologie wordt dit niet-consensuele overdrachtsproces ‘virale shedding’ genoemd.

Het bewijs is voorlopig omdat het gebaseerd is op laboratoriumresultaten van 34 volwassen-kindparen. De auteurs van het onderzoek gebruikten de resultaten om de covid-19-vaccins te prijzen voor het verminderen van het risico op infectie bij niet-gevaccineerde kinderen. De resultaten tonen echter aan dat gevaccineerde volwassenen specifieke immuunreacties veroorzaken, dus de vaccins kunnen secundaire infecties bij kinderen veroorzaken door aerosoloverdracht van gevaccineerde volwassenen.

Onderzoekers beweren dat de gevaccineerden antilichamen overdragen, terwijl ze het biologische proces negeren waardoor deze antilichamen worden gevormd
De auteurs van het onderzoek noemen deze overdracht van vaccins een “voordeel” voor kinderen vanwege de “passieve immuniteit” van gevaccineerde volwassenen. De auteurs schreven: “Onze resultaten suggereren dat aërosoltransmissie van antilichamen ook kan bijdragen aan de bescherming van de gastheer en een volledig niet-herkend mechanisme vertegenwoordigen waarmee passieve immuunbescherming kan worden gecommuniceerd.” De theorie van de auteurs van het onderzoek hangt af van de hypothese dat de gevaccineerden beschermende antilichamen door de lucht overbrengen.

“Overdracht van virale infecties via de luchtwegen is het bewijs dat de bestanddelen van de mondholte en de neusholte kunnen worden gecommuniceerd via aerosolen en/of ademhalingsdruppels. Als zodanig zou het logisch zijn dat antistoffen die aanwezig zijn in de orale/nasale omgeving ook tot op zekere hoogte kunnen worden verneveld”, schreven ze.

Om hun hypothese te valideren, gebruikten de onderzoekers wattenstaafjes die waren genomen van maskers die werden gedragen door gevaccineerd laboratoriumpersoneel. De uitstrijkjes bevatten IgG en IgA uit het speeksel van gevaccineerde personen. “Gezien deze waarnemingen veronderstelden we dat overdracht van druppeltjes/aerosol-antilichamen tussen individuen zou kunnen plaatsvinden, net zoals druppel/aerosol-virusdeeltjes via dezelfde route kunnen worden uitgewisseld”, schreven de auteurs.

“Evaluatie van monsters op deze manier onthulde dat hoge intranasale IgG bij gevaccineerde ouders significant geassocieerd was (p-waarde = 0,01) met een toename van 0,38 in de log-getransformeerde intranasale IgG-gMFI’s binnen een kind uit hetzelfde huishouden.”

De auteurs toonden echter NIET aan dat de specifieke antilichamen buiten het menselijk lichaam levensvatbaar waren, of ze nu door de lucht konden reizen, zich aan nieuwe gastheren konden hechten en immuunvoordelen voor kinderen konden bieden. De auteurs hebben niet onderzocht of de gevaccineerde volwassenen infectieuze spike-eiwitten afstoten en ziekte veroorzaakten bij kinderen en een daaropvolgende immuunrespons die ze uiteindelijk maten als SARS-CoV-2-specifieke IgG en IgA’s.

Deze studie toont waarschijnlijk aan dat een niet-consensueel vaccinuitscheidingsproces plaatsvindt nadat een persoon is gevaccineerd met SARS-CoV-2-mRNA. Andere studies hebben aangetoond dat het spike-eiwit niet wordt geneutraliseerd in de deltaspieren. In Pfizer’s eigen studieontwerpdocumenten waren onderzoekers bezorgd over de mogelijkheid van “beroepsmatige blootstelling” en waarschuwden dat verzorgers en nauwe contacten van de recent gevaccineerde personen zouden kunnen worden blootgesteld aan de spike-eiwitten die worden vertaald en gesynthetiseerd in hun cellen. Deze giftige nanodeeltjes circuleren door het lichaam, veroorzaken schade aan organen en kunnen door de huid gaan. Niet-gevaccineerde kinderen kunnen worden beïnvloed door dit uitscheidingsproces, en de SARS-CoV-2-specifieke antilichamen bij kinderen zouden het bewijs kunnen zijn dat ze eerder ziek waren geworden door de zwaar gevaccineerde volwassen populatie.

Bronnen: MedRXIV.org, DailyExpose.uk